Blog Lege treinen + verlaten snelwegen = nieuwe inzichten?

We kennen ze nog wel: de beelden van lege snelwegen en verlaten stations tijdens de lockdowns. Er was hoop dat dit een stap was naar een Nederland met minder drukke ochtendspitsen. Niet meer samengepakt in het ov of elke dag in de file.

Twee jaar later lijken de wegen weer net zo vol te staan als voor corona. Hoe zien verkeerskundigen dit? Is er bij hen iets blijvend veranderd in hun manier van denken? Janneke Schoonen en Robbie Willems delen hun kijk op de zaak.

Die hoop op een grote verandering in mobiliteit herkent Janneke. “Al was mijn realiteitszin groter dan mijn hoop,” geeft ze aan. “Ik dacht: zodra we kunnen, gaan we weer terug naar hoe het was.” Robbie bevestigt dat: “Een mobiliteitspatroon dat jarenlang is opgebouwd, doorbreek je niet met twee weken lockdown.”   

Vanzelfsprekend 

Toch is er een mobiliteitspatroon dat wel veranderd is: het dragen van een mondkapje in het openbaar vervoer. Robbie legt uit: “Het mondkapje was twee jaar verplicht in het ov. In het begin was er uiteraard gemopper, maar uiteindelijk deden weinig mensen er nog moeilijk over. Als je de tijd hebt, behoort een gedragsverandering dus wel tot de mogelijkheden.”

De impact van de lockdowns op het openbaar vervoer was veel groter dan op het wegverkeer. Het ov-gebruik is nog niet op het niveau van 2019. Veel ov-reizigers zijn in de auto gestapt toen ze niet met het ov konden. En die krijg je niet van de een op de andere dag weer terug. Het is moeilijker om mensen vanuit de auto het ov in te krijgen dan andersom. 

Janneke: “In mijn vorige baan hield ik me bezig met Wmo-vervoer. Als we die mensen vroegen waarom ze niet met het ov reisden, waren ze zich niet eens bewust van die mogelijkheid. Het was voor hen veel logischer om die Wmo-pas aan te vragen en gebruik te maken van taxivervoer. De auto is voor heel veel mensen een vanzelfsprekendheid.” 

Meer weten over de impact van corona op het openbaar vervoer?
🎧 Luister dan deze aflevering van onze podcast Frisse blik op de weg onze podcast

Even tussen twee dingen in

Toch blijkt het aantal files iets afgenomen, er is dus wel iets veranderd. Janneke: “Je merkt dat mensen bewust kiezen of ze thuis blijven of naar kantoor komen. De extra reisjes zijn minder geworden. Maar uit onderzoek is gebleken dat mensen gelukkig worden van onderweg zijn, ongeveer een uur per dag. Dus die dagelijkse portie mobiliteitsgeluk, die blijft.”

Robbie bevestigt dat: “Het is lekker om even weg te zijn, even tussen twee dingen in. Een half uurtje reistijd is ideaal om te resetten.”  

Ook ziet Robbie een voordeel van de lockdowns: “Corona heeft laten zien dat het anders kan. Al is het nog te vroeg om te zeggen of het iets veranderd heeft op de lange termijn. We kúnnen minder of anders reizen, alleen heeft die gedragsverandering tijd nodig.” 

Zoals elke verandering tijd nodig heeft. Zo ook de mobiliteitstransitie. “We hadden misschien gehoopt dat de lockdowns een kans waren om die transitie sneller op weg te helpen,” zegt Robbie. “Maar dat is niet gelukt. We zijn wel wat meer thuis gaan werken, maar het heeft niets gedaan in autobezit.”  

Fileprobleem = luxeprobleem

“Om dat voor elkaar te krijgen, moet je mensen beïnvloeden in de keuzes die ze dagelijks maken,” zegt Janneke. “Simpelweg: neem je de voordeur of de achterdeur?”

Lege treinen en verlaten snelwegen corona-Janneke Schoonen en Robbie Willems-Mobypeople-1

“Maar we zijn rijk en hebben de mogelijkheid tot individueel vervoer. Dus pakken we die. Op mijn opleiding leerde ik dat het fileprobleem een luxeprobleem is. We kunnen het ons blijkbaar veroorloven om tijd te verliezen met in de file staan, om de kosten die daarmee gepaard gaan te dragen. Pas als de economie instort zullen we merken dat ook files minder worden.” 

“Willen we het gebruik van de auto verminderen, dan moeten we eerst beginnen het autobezit onaantrekkelijk te maken, zegt Robbie. Dat is een ontwikkeling die al gaande is. Het autobezit en -gebruik in grote steden neemt af. Utrecht haalt honderden parkeerplaatsen weg, nieuwe wijken worden zo gebouwd dat fietsgebruik gestimuleerd wordt, zoals in Haarlem

Maar buiten de Randstad gaat het er anders aan toe. Janneke geeft een voorbeeld: “Noord-Brabant heeft een treinlijn van oost naar west en één van noord naar zuid. De rest van het ov-netwerk bestaat uit buslijnen. Die zijn niet populair en staan tegenwoordig onder druk. Zolang we daar geen oplossing voor vinden, blijft de auto het alternatief.”

Misschien kan het wat langzamer 

Zijn Janneke en Robbie zelf anders naar hun vakgebied gaan kijken na de lockdowns? “Ik ben capaciteitsproblemen op de nederlandse wegen minder belangrijk gaan vinden,” zegt Janneke. “We weten nu dat we toch wel onderweg blijven; als je meer asfalt aanlegt, wordt er meer gereden. Dus je kunt ook andere afwegingen maken. Met de aanleg van een GOW30 verbetert de verkeersveiligheid en zijn mensen langer onderweg. Zo zitten ze dus eerder aan dat uurtje mobiliteitsgeluk.” 

Robbie vult aan: “De anderhalve meter-regels hebben ook impact gehad over hoe we nadenken over ruimtegebruik. We roepen wel vaker dat een trottoir anderhalve meter breed moet zijn, maar vaak lukt dat niet. Misschien is dit een nieuwe kans voor ruimtegebruik voor langzaam verkeer.”